Rubriek NRC 22 december 2001
Inleiding: In het NRC-handelsblad van zaterdag 22 december 2001 schrijft Hans Ree over de partij Botwinnik - Euwe uit 1946
Hierbij wordt een ingezonden stukje uit New In Chess aangehaald van Ton Bodaan. Hieronder de desbetreffende rubriek uit het NRC.
Hans Ree
Euwes fout
Het wordt over het algemeen een beetje kinderachtig gevonden om te speculeren hoe de geschiedenis verlopen zou zijn als er een
kleinigheid anders was gegaan dan in werkelijkheid. 'Wat als de neus van Cleopatra iets kleiner was geweest?' is het klassieke
voorbeeld. Veel meer dan dat we niet weten hoe het dan gegaan zou zijn, valt er niet over te zeggen.
Toch zijn er serieuze historici die boeken schrijven met zulke speculaties, als amusement tussen het serieuze onderzoek door en als
historische fantasie. In de schaakwereld geef ik me er ook graag aan over en ik zoek kleine zetten die een grote invloed op de
schaakgeschiedenis hadden, of in ieder geval op een mensenleven.
Vlastimil Hort, in 1976 tegen Spasski in een kandiaatenmatch. Hij kon die match winnen en hij zag de winnende zet, maar zijn hand
trilde zo dat hij het stuk niet goed pakken kon en hij overschreed de tijd. Zijn leven veranderde er door, want hij bereikte nooit
meer dezelfde hoogte.
De zet met de grootste gevolgen voor de moderne schaakgeschiedenis kwam voor in de 41ste partij Karpov-Kasparov in hun match
van 1984/85. Karpov speelde in tijdnood 33. Te1xd1 en de partij werd remise. Na 33. a6 zou hij de partij en de match gewonnen hebben.
Kasparov zou met 5-1 (remises telden niet) verpletterd zijn.
Zou Kasparov dan nog de man zijn geworden die hij later werd? Dat kan niet na zo'n verschrikkelijke afstraffing.
Er zou iets in hem gebroken zijn. Zijn latere desertie uit de wereldschaakbond en het presidentschap van Kirsan Iljoemzjinov,
dat daarvan het gevolg was zouden we gemist hebben. De schaakwereld zou er heel anders uitzien en ook de wereld van
Iljoemzjinov en van zijn landje Kalmukkië.
Gevolgen voor zijn politieke positie. Voor de olie die hij uit Irak en Iran naar Kalmukkië laat komen. Implicaties voor de Russische
en internationale politiek, alles door 33. Txd1 van Karpov. Ik zei al dat zulke speculaties gauw frivool en kinderachtig worden.
Een andere zet met grote gevolgen werd in de stelling van het volgende diagram gespeeld.
Wit Botwinnik-zwart Euwe, Groningen 1946. Dit was het eerste grote toernooi na de oorlog. Er was een nek-aan-nekrace
tussen Euwe en Botwinnik, die tenslotte het toernooi met een half punt voorsprong op Euwe won.
Euwe speelde hier 39 ... h7-h6 en Botwinnik wist later de partij net remise te houden. Flohr stelde na de partij 39 ... Tc5 voor.
Dat werd onderzocht en de conclusie was dat wit ook dan met 40. e5 Kd5 41. Te3 c3 42. e6 c2 43. e7 remise zou kunnen houden.
In het laatste nummer van New in Chess stond een brief van lezer Ton Bodaan, die iets ontdekt had dat iedereen in 1946 over het
hoofd had gezien. Na de zettenreeks die eindigt met 43. e7 heeft zwart de fraaie zet 43 ... g5+. Na 44. Kxg5 wint zwart dan simpel
met 44 ... Kd4+ 45. Kf4 Tc8 en na de andere mogelijkheid 44. hxg5 heeft wit het veld g5 niet meer voor zijn koning.
Zwart wint dan met 44 ... c1D 45. e8D Tc4+ 46. Kf3 Df1+ 47. Kg3 Dg1+ 48. Kf3 Dxg4+ 49. Kf2 Dh4+, waarna wit mat gaat.
Hoofdredacteur Timman was het geheel met lezer Bodaan eens. Euwe had de partij kunnen winnen en daarmee waarschijnlijk
het hele toernooi.